De heffingstechniek voor een tweede woning in het binnen- of buitenland is complex. Als inwoner van Nederland krijg je te maken met belastingheffing in box 3. Sinds het kerstarrest zijn de regels voor box 3 ingrijpend veranderd. Om de impact van deze wetswijzigingen te verduidelijken, geven wij jou in dit whitepaper uitleg en rekenvoorbeelden.

Hoe wordt jouw tweede huis belast in box 3?

Dat is afhankelijk van waar jouw woning zich bevindt. Een tweede woning in het buitenland wordt belast in het land waar het onroerend goed zich bevindt. Nederland mag dan, volgens de internationale afspraken, in principe geen Nederlandse belasting heffen over jouw buitenlands onroerend goed. Een tweede woning in Nederland is onderdeel van jouw box 3 vermogen en geef je aan bij de inkomstenbelasting.

Wat is het fiscale verschil tussen een tweede woning in Nederland of een tweede woning in het buitenland?

Ben je eigenaar van een tweede woning in Nederland? Maar bewoon je de betreffende woning officieel niet? Dan is de tweede woning onderdeel van jouw box 3 vermogen. In jouw aangifte inkomstenbelasting geef je de WOZ waarde op. Het gaat hier om de WOZ waarde met waardepeildatum 1 januari van het jaar vóór het jaar van de aangifte.

Heb je een tweede woning in het buitenland? Dan dien je al jouw vermogen (waar ook ter wereld gelegen) op te geven in de aangifte inkomstenbelasting. In jouw aangifte geeft u niet de WOZ waarde op, maar de waarde in het economische verkeer van de woning, in onbewoonde staat. Om betaling van dubbele belasting te voorkomen, claim je het recht op aftrek.  

De belasting voor een tweede woning in box 3 berekenen

Om de belastingheffing over jouw tweede woning beter te begrijpen, schetsen we verschillende box 3 situaties. De situaties beschrijven we en lichten we toe met rekenvoorbeelden. In de whitepaper vind je rekenvoorbeelden voor een tweede woning in Nederland of in het buitenland.