Private clients

Werking finaal verrekenbeding bij verschil WOZ- en werkelijke waarde

Erik van der Sande
Door:
Werking finaal verrekenbeding
De Belastingdienst heeft kennisgroepen ingesteld. Deze kennisgroepen publiceren regelmatig standpunten over de uitleg van wettelijke bepalingen. Deze standpunten kunt u zien als een mening. U kunt er vertrouwen aan ontlenen, maar als u daar goede argumenten voor hebt, kunt u een ander standpunt innemen.
Onderwerpen

Wederkerig verplicht finaal verrekenbeding

De Kennisgroep Successiewet van de Belastingdienst heeft een vraag beantwoord over de werking van een wederkerig verplicht finaal verrekenbeding. In huwelijksvoorwaarden (of partnerschapsvoorwaarden) wordt vaak een wederkerig verplicht finaal verrekenbeding overeengekomen. Dit houdt in dat bij overlijden vermogens worden verrekend alsof beide partners in algehele gemeenschap van goederen zijn gehuwd. Met andere woorden: tijdens het huwelijk heeft ieder zijn eigen vermogen, maar na een overlijden wordt uitgegaan van de helft van het totale gezamenlijke vermogen.

Voorbeeld ontleend aan standpunt kennisgroep

Frans en Eline zijn gehuwd buiten gemeenschap van goederen en hebben gescheiden vermogens. In hun huwelijkse voorwaarden is een wederkerig verplicht finaal verrekenbeding opgenomen.

Frans overlijdt en Eline is enig erfgenaam. De nalatenschap van Frans bestaat uit een eigen banksaldo van 10.000 euro en een verrekenvordering op Eline (op basis van het finaal verrekenbeding). Het vermogen van Eline bestaat naast de verrekenschuld uit een haar in eigendom toebehorende woning met een WOZ-waarde van 1.500.000 euro. De werkelijke waarde van de woning is 2.000.000 euro.

Voor het bepalen van de waarde van de nalatenschap van Frans moet volgens de kennisgroep worden uitgegaan van de werkelijke waarde van de woning van 2.000.000 euro. De verrekening uit hoofde van het finaal verrekenbeding is een civiele aangelegenheid en daarvoor zijn fiscale waarderingsvoorschriften niet bepalend. Het gezamenlijke vermogen bedraagt dan 10.000 euro plus 2.000.000 euro is 2.010.000 euro. Ieder heeft recht op de helft, te weten 1.005.000 euro.

De civielrechtelijke verrekenvordering bedraagt dan 1.005.000 euro minus 10.000 euro is 995.000 euro.

De kennisgroep hanteert deze waarde voor het bepalen van de fiscale waarde van de nalatenschap van Frans. Deze waarde is gelijk aan de verrekenvordering van 995.000 euro plus het banksaldo van Frans van 10.000 is totaal 1.005.000 euro.

Voorbeeld met ander standpunt

In de Successiewet is een bepaling opgenomen voor de waardering van een woning. Op grond van deze bepaling mag van de WOZ-waarde worden uitgegaan. Als in de hiervoor beschreven casus wordt uitgegaan van de WOZ-waarde, dan zou de nalatenschap van Frans slechts 755.000 bedragen (1.005.000 euro minus de helft van de meerwaarde van 500.000 euro). Dit andersluidende standpunt geeft een besparing aan erfbelasting van 20 procent van 250.000 euro is 50.000 euro.

Tip: durf een ander standpunt in te nemen

De vraag wat het juiste standpunt is, zal uiteindelijk aan de Hoge Raad worden voorgelegd. Het standpunt van de kennisgroep wijkt in ieder geval af van een eerder oordeel van de Hoge Raad in 1995. Dat pleit in uw voordeel.

Wilt u meer weten of heeft u vragen?

Neem dan contact op met een van onze specialisten. Wij helpen u graag.

Neem contact op