vrijstelling arbo-voorzieningen

Arrest Hoge Raad over gezonde maaltijden; mosterd na de maaltijd?

Door:
Arrest Hoge Raad over gezonde maaltijden
Op vrijdag 24 mei 2024 heeft de Hoge Raad arrest gewezen over de vraag of de verstrekking van een gezonde maaltijd aan werknemers onder de gerichte vrijstelling voor arbo-voorzieningen valt (of kan vallen).
Onderwerpen

Wat was de casus?

Een werkgever verstrekte in 2017 en 2018, zonder eigen bijdrage, in haar bedrijfskantine enkel gezonde maaltijden aan haar personeel. Deze maaltijden worden door een diëtiste samengesteld volgens de criteria van de ‘ideale kantine’ van het Voedingscentrum en de criteria van Dutch Cuisine. In het Arboplan van de werkgever is een Beleidsverklaring Gezonde Voeding opgenomen waarin het bovengenoemde is geregeld. De in het arrest vermelde werkgever heeft een en ander indirect in haar Arboplan opgenomen.

De werkgever was op basis van artikel 8.4a lid 1, onderdeel a van de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2011 (hierna: de URLB 2011) van mening dat hier sprake was van een vrijgestelde arbo-voorziening. In tegenstelling tot de rechtbank en het gerechtshof is de Hoge Raad het eens met deze mening.

Mosterd na de maaltijd?

De vraag is nu of de Hoge Raad over latere jaren nog steeds deze mening zal hebben, met name op jaren vanaf 2022. Wat is namelijk het geval? De staatssecretaris heeft op 28 december 2021 het genoemde artikel in de URLB 2011 gewijzigd. De wijziging trad per 1 januari 2022 in werking. Volgens de nieuwe bewoording van de bepaling in het URLB 2011 moeten vanaf 2022 de ARBO-voorzieningen direct samenhangen met verplichtingen uit de Arbeidsomstandighedenwet. In dit geval is dat niet het geval omdat de verplichting van het aanbieden niet rechtstreeks voortvloeit uit de Arbeidsomstandighedenwet. Bedrijven zijn namelijk op grond van de arbowetgeving niet verplicht om uitsluitend gezonde maaltijden, en dit dan ook nog zonder eigen bijdrage, aan hun medewerkers te verstrekken. 

Ook is in de toelichting op de wijzigingen van URLB 2011 van 2021 uitdrukkelijk opgenomen dat de “arbo-vrijstelling” niet geldt voor door een werkgever vrijwillig in het arboplan opgenomen verstrekking van (gezonde) maaltijden.

De uitspraak lijkt dus slechts een beperkt effect te hebben (voor soortgelijke gevallen over de jaren tot 2022). Tenzij de rechter op enig moment beslist dat de visie van de wetgever dat (gezonde) maaltijden niet bedoeld zijn om te worden opgenomen in een arbo-plan, corrigeert. De toekomst zal het leren.